Tim Hofman, ja die van BNN en de spraakmakende L’HOMO-cover, heeft een hit te pakken. Zijn YouTube-programma BOOS scoort als een tierelier. Honderdduizenden jongeren bekijken de wekelijkse filmpjes.
Het idee is vrij overzichtelijk: een jongere is boos en Tim Hofman (28) gaat het probleem proberen op te lossen. Dan kan het gaan om een telefoon die is stukgevallen in de kluisjes van Walibi of iemand met kanker die zijn schoolopleiding niet mag afmaken.
Op zich allemaal niet zo spannend, maar het lijkt erop dat Hofman met BOOS – voor de wat ouderen verwijst de titel ook nog eens naar het eerste programma van BNN-oprichter Bart de Graaff – precies de juiste toon te pakken heeft om jongeren online te bereiken. Het programma heeft een soort lichtheid, iets speels, dat perfect werkt op de enige mediaplek waar jongeren nog rondhangen de komende jaren. Hofman, die recent opviel omdat hij zoenend met mede-BNN-presentator Jan Versteegh de voorkant van glossy L’HOMO sierde, speelt een beetje met de tv-wetten en zet een universum neer waarin niet alles even serieus is.
Voorbeeldje: als een meisje uitlegt dat haar telefoon onherstelbaar is beschadigd in dat kluisje bij pretpark Walibi, dan stappen ze samen een telefoonwinkel binnen. Daar legt de verkoper uit dat de telefoon inderdaad zwaar beschadigd is en dat herstel vrij prijzig wordt. Na dat verhaal zegt Hofman zoiets als: ‘Bedankt, jij hebt er natuurlijk ook niets mee te maken, maar we hadden even een telefoondude nodig.’
Nog een voorbeeld. Bij een ander BOOS-filmpje over doorzichtige, verplichte T-shirts om in te sporten op school, zegt Hofman tegen het meisje dat het verhaal uitlegt: ‘Wil je even wat zachter praten, want ik heb een kater…’
Het werkt goed omdat hij eigenlijk tegen de kijker zegt: ‘Ik ga hier niet de afstandelijke tv-maker uithangen, want ik ben een van jullie. Jullie zitten ook de hele dag online, dus je hebt mij misschien niet eens nodig.’ De creatieve vormgeving en snelle montage doen de rest. De makers werken veel met tekstjes in beeld en bedienen zich van allerlei grafische trucs. Het slaat aan, vooral bij de jeugd.
Hofman zelf vindt het succes wel mooi. ,,BNN is natuurlijk een jongerenomroep en wij moeten dáár zijn waar de jongere ook komt. Dat lukt op tv goed en met 50.000 abonnees in korte tijd is het een serieus platform aan het worden. Natuurlijk heeft het allemaal een vrolijke lichtheid, maar we willen die jongeren ook oprecht vertegenwoordigen. Zij hebben met serieuze problemen te maken en wij willen dat oplossen. Dat is ook altijd de basis geweest van het programma. Ik wilde een online programma maken zonder bij de NPO te hoeven aankloppen, maar het moest wel iets meer zijn dan een vlog (videodagboek, red.).”
Waarom denkt hij zelf dat het een succes is? ,,Internet heeft toch zijn eigen wetten, de enige overeenkomst tussen tv en online is dat het beeld is. Ik ben altijd bezig geweest met social media. Dan leer je die wetten een beetje.”
De basis is in zijn ogen duidelijkheid. ,,Er is een probleem en dat gaan we oplossen. Daarbij komt dat je online altijd oprecht moet zijn, want anders prikken mensen het genadeloos door. Ik ben gewoon 28 en dan drink je weleens een biertje, net zoals de mensen die kijken. Dus is dat te zien. Op internet werkt het niet als je jezelf heel serieus neemt. We gaan ook niet heel verbeten allerlei mensen boos maken. Er moet een soort lichtheid in zitten die aanslaat.”
Typerend voor de lichte toon is de jongen in twee afleveringen van BOOS die zijn opleiding niet mag afmaken omdat hij kanker heeft. Als Hofman hem voor de tweede keer in het ziekenhuis ziet, begroet hij hem met de woorden: ‘Hoi, heb je nog kanker? Dat is wel jammer.’
Bron: AD.nl